photo: Eddy van Wessel

Translate

Sunday, July 11, 2010

Strijd tegen de bloedtest

,,Paspoort?'' vraagt de soldaat bij de controlepost, opkijkend van de pasjes van het IMCK in zijn hand.
,,Dat ligt thuis'', zegt mijn chauffeur kwasi-nonchalant. ,,We maken deze rit wekelijks.''
De soldaat kijkt nog eens in de auto.
,,Tjoeni, kaka'', groeten Jantine en ik hem vriendelijk.
Glimlachend groet hij terug en steekt onze bedrijfspasjes weer naar binnen.
Pff, gelukt. Als het raampje weer dicht is, halen we opgelucht adem.

Ik rij zonder de verplichte verblijfsvergunning door Koerdistan, van mijn woonplaats Sulaymania naar Erbil, waar het tweede kantoor is van het IMCK. Tien dagen na aankomst hoor je je visum te laten verlengen. Dat van mij is, na terugkeer van een buitenlandse reis, al een paar dagen verlopen.

Oorzaak is een kleine oorlog die ik voer met de Koerdische autoriteiten, die op basis van een oude Saddam-wet van alle buitenlanders die langer dan 10 dagen willen blijven een bloedtest eisen die toont dat ze geen hiv of aids hebben. Ik vind dat een inbreuk op mijn privacy, onwerkbaar met trainers die vaak 14 inplaats van 10 dagen blijven, en het aller belangrijkste: het is contraproductief. Die paar buitenlanders die zoals ik in Irak komen helpen bij de wederopbouw, brengen de hiv echt het land niet in, net zo min als de Aziaten die komen bouwen en kinderen verzorgen. Die laatste groep zal echt de kans niet krijgen iets te beginnen met een Koerdische schone, en de eerste groep is opgevoed met de risico's van aids. De echte risicogroepen komen vrij het land in: Iraniƫrs die op bezoek komen, of Koerden die in het buitenland woonden of op reis waren, bijvoorbeeld.

,,Er is geen groep die altijd zo hard roept dat ze de bloemetjes buiten hebben gezet'', zegt Sam, mijn projectmanager daarover. Koerdische mannen laten elkaar graag weten hoeveel dames ze buiten het conservatieve Koerdistan wel niet het bed in gepraat hebben.

Mijn strijd tegen de bloedtest is een lastige. Aanvankelijk heb ik via invloedrijke relaties de naald weten te ontlopen, maar sinds ik er in Koerdistan zelf uitgebreid over ben gaan schrijven en workshops over hiv en aids voor journalisten heb georganiseerd, is het een vendetta geworden - tegen mij. Het lijkt erop dat de minister van gezondheid het er niet bij laat zitten - hij is verantwoordelijk voor het beleid dat ik zo scherp bekritiseer. En hier geloven ze niet 'dat het is een vriend is die je op je falen wijst'.

Ik wacht op de gezondheidsverklaring van mijn Nederlandse huisarts, om opnieuw het felbegeerde kaartje te kunnen bemachtigen waarmee ik weer officieel ingezetene van Iraaks Koerdistan ben.

Ik ben de strijd inmiddels meer dan beu. Lange wachttijden in drukke en hete slecht georganiseerde burelen. Beledigingen achter je rug: ,,En wat nou als ze aids heeft?''
Alsof ik dan naar Irak zou zijn gekomen en zo hard zou werken als ik nu werk.

De Verenigde Staten heeft de bloedtest bij binnenkomst begin dit jaar afgeschaft. In Koerdistan gelooft men op hoog niveau dat er een samenzwering aan de gang is om het virus door buitenlanders binnen te brengen. Dat het er allang is, sluimert en zich verspreidt, en dat dit over een paar jaar tot een explosie van aids-gevallen zal leiden, dat wil niemand weten.

Ik voel me een roepende in de Iraakse woestijn. Ik kan inmiddels wel wat hulp gebruiken in deze oorlog.

No comments: