photo: Eddy van Wessel

Translate

Wednesday, July 21, 2010

Veilig Koerdistan voor allen

Het kleine parkje naast de bibliotheek in Sulaymaniya is volgelopen met (vooral) mannen. Achter een klein spreekgestoelte hangen twee foto's: van de journalisten Soran Mama Hama en Sardasht Othman. Beide zijn ze vermoord; de eerste vandaag twee jaar geleden, de ander ruim twee maanden geleden.

foto Sbeiy.com

Soran beschreef het verband tussen prostitutie en politiek in Kirkoek, Sardasht schreef aanvallen op de Koerdische machthebbers. De een werd buiten zijn woning in Kirkoek neergeschoten, de ander op klaarlichte dag in Erbil ontvoerd en kort daarna vermoord teruggevonden buiten de stad. In beide gevallen is er geen dader gevonden, in beide gevallen wordt de veiligheidsdienst van de grootste partij in Koerdistan verantwoordelijk gesteld.

De martelaren van de pen, worden ze genoemd in de toespraken die gehouden worden om de tweede verjaardag van Sorans moord te herdenken. Toespraken waarin de journalisten worden neergezet als slachtoffers, en de overheid als daders.

Soran had kort voor de moord een workshop gedaan bij het IMCK in Sulaymaniya. Hij had het idee voor zijn artikel met de trainer besproken. De moord schokte me daarom nog meer dan anders het geval zou zijn geweest. Kort daarna werd fotograaf en goede vriend Yahya Barzinji in Kirkoek bij een demonstratie door een meute belaagd en in elkaar geslagen. Juli 2008 was een slechte maand.

foto Awene

Sindsdien is er herhaaldelijk sprake geweest van bedreigingen en geweld jegens journalisten. Ik herinner me een bijeenkomst die ik vorig jaar bij het IMCK had belegd, waarbij een jonge journalist van de onafhankelijke krant Awene vertelde hoe hij bedreigd werd nadat hij de pedofiele handelingen van de politiechef had onthuld. In het parkje komt hij naar me toe. Weet ik dat nog? Natuurlijk, zijn verhaal heeft veel indruk gemaakt. Nou, de politiechef is ontslagen en daarna naar Turkije gevlucht om vervolging te ontlopen. Inmiddels is hij terug en zijn de telefoontjes en smsjes weer begonnen. En niemand die er iets tegen lijkt te kunnen doen; de man geniet de bescherming van een van de hoogste leiders in de tweede partij in Kurdistan.

,,Laten we nou eens ophouden met zwarte pieten'', heb ik het gezelschap in dat snikhete parkje kort daarvoor voorgehouden. ,,Laten we kijken hoe we dit soort dingen kunnen voorkomen. Hoe we Koerdistan veilig kunnen maken voor iedereen, ook voor journalisten.'' Ik heb hoofdredacteuren, politiechefs en politieke leiders opgeroepen rond de tafel te gaan zitten om daaraan te werken.

Een jonge journalist voor een oppositiekrant vraagt me later wat ik van de overheid vind. Ik weet dat hij een aanval wil horen. Ik wijs hem op de achterstand die Koerdistan moet inhalen, na 30 jaar dictatuur, na vele jaren van isolement. Democratie komt niet zomaar, daar moet je hard voor werken. En niet in een slachtofferrol gaan zitten, zoals de meeste sprekers van deze middag. Slachtoffers brengen immers geen verandering.

Thursday, July 15, 2010

Hittetoerisme treft Irak

Hittetoerisme. Of de term de lading dekt weet ik niet helemaal, maar het lijkt de afgelopen dagen wel of heel Bagdad is uitgelopen naar Koerdistan. Hele gezinnen zijn massaal in de auto gestapt om de temperaturen van 50 graden en meer te ontlopen. Veel koeler is het deze zomer niet in Koerdisch Irak, maar het grote verschil is dat hier wel ongeveer 24 uur per dag stroom is.

Het zuiden van Irak kampt ruim zeven jaar na de Amerikaanse invasie nog steeds met ernstige elektriciteitstekorten. Een paar uur stroom per dag is onvoldoende om verkoeling te bieden. Airco's doen het niet, de koelkast wordt koelt niet, zelfs een ventilator kan niet werken zonder stroom.

Dit heeft in Bagdad, Basra en nog een paar plaatsen al tot demonstraties geleid. Mensen pikken het niet langer dat de regering geen prioriteiten weet te stellen. 'Maku karabah, maku maj' is de onmiddellijke klacht als je een reiziger uit het zuiden naar de reden van zijn komst vraagt: geen stroom, geen water. Deels komt dat doordat reparaties die aan verouderde installaties zijn uitgevoerd teniet zijn gedaan door sabotage-acties van radicalen, deels door het achterstallig onderhoud van de installaties, deels door slecht bestuur, deels doordat geld niet terecht is gekomen waar het had gemoeten.


Daarom staan er weer lange rijen voor de benzinepomp in Bagdad. Als de overheid het niet levert, moet de eigen generator dat af en toe dan toch doen. Maar veel mensen kunnen zich de benzine die daarvoor nodig is niet veroorloven.

De 'waterrevolutie', werden de demonstraties van een week of wat geleden al genoemd. Eindelijk laten de Irakezen zien dat ze het niet meer pikken. Maar er gebeurde niets. En toen de temperaturen boven de vijftig graden (55, 56 zelfs) rezen herinnerde men zich een wet uit Saddams tijd: boven de 50 graden geeft de overheid hittevrij. Wegwezen, dachten velen die zich dat konden veroorloven. De minder welgestelden bleven achter in de kokend hete stad.

In Koerdistan is de stroomvoorziening langzaam beter geworden. De ene nieuwe elektriciteitscentrale na de andere is opgestart. Aangevuld door de buurtgenerator komt dat in de steden op een bijna honderd procent stroomvoorziening.

In Erbil is deze week vrijwel geen hotelbed meer vrij. Blij met de extra verdiensten stelt menige hotelbaas zelfs de personeelsruimten ter beschikking aan betalende klanten uit het kokende Bagdad. En sommigen leveren dekens voor wie noodzakelijkerwijs in de parken de nacht wil doorbrengen. Niet dat het daar zo koel is, want de hittegolf treft het hele land en 's nachts koelt het nauwelijks af tot onder de veertig graden. In een westers land was men allang in de fonteinen gesprongen, maar in dit conservatieve land is gemengd zwemmen geen optie.

Een stofstorm werd deze week bijna met gejuich ontvangen. Vervelend en vervuilend, dat stof, maar de temperatuur gaat er wel onmiddellijk een graad of vijf door omlaag.

Sunday, July 11, 2010

Strijd tegen de bloedtest

,,Paspoort?'' vraagt de soldaat bij de controlepost, opkijkend van de pasjes van het IMCK in zijn hand.
,,Dat ligt thuis'', zegt mijn chauffeur kwasi-nonchalant. ,,We maken deze rit wekelijks.''
De soldaat kijkt nog eens in de auto.
,,Tjoeni, kaka'', groeten Jantine en ik hem vriendelijk.
Glimlachend groet hij terug en steekt onze bedrijfspasjes weer naar binnen.
Pff, gelukt. Als het raampje weer dicht is, halen we opgelucht adem.

Ik rij zonder de verplichte verblijfsvergunning door Koerdistan, van mijn woonplaats Sulaymania naar Erbil, waar het tweede kantoor is van het IMCK. Tien dagen na aankomst hoor je je visum te laten verlengen. Dat van mij is, na terugkeer van een buitenlandse reis, al een paar dagen verlopen.

Oorzaak is een kleine oorlog die ik voer met de Koerdische autoriteiten, die op basis van een oude Saddam-wet van alle buitenlanders die langer dan 10 dagen willen blijven een bloedtest eisen die toont dat ze geen hiv of aids hebben. Ik vind dat een inbreuk op mijn privacy, onwerkbaar met trainers die vaak 14 inplaats van 10 dagen blijven, en het aller belangrijkste: het is contraproductief. Die paar buitenlanders die zoals ik in Irak komen helpen bij de wederopbouw, brengen de hiv echt het land niet in, net zo min als de Aziaten die komen bouwen en kinderen verzorgen. Die laatste groep zal echt de kans niet krijgen iets te beginnen met een Koerdische schone, en de eerste groep is opgevoed met de risico's van aids. De echte risicogroepen komen vrij het land in: Iraniƫrs die op bezoek komen, of Koerden die in het buitenland woonden of op reis waren, bijvoorbeeld.

,,Er is geen groep die altijd zo hard roept dat ze de bloemetjes buiten hebben gezet'', zegt Sam, mijn projectmanager daarover. Koerdische mannen laten elkaar graag weten hoeveel dames ze buiten het conservatieve Koerdistan wel niet het bed in gepraat hebben.

Mijn strijd tegen de bloedtest is een lastige. Aanvankelijk heb ik via invloedrijke relaties de naald weten te ontlopen, maar sinds ik er in Koerdistan zelf uitgebreid over ben gaan schrijven en workshops over hiv en aids voor journalisten heb georganiseerd, is het een vendetta geworden - tegen mij. Het lijkt erop dat de minister van gezondheid het er niet bij laat zitten - hij is verantwoordelijk voor het beleid dat ik zo scherp bekritiseer. En hier geloven ze niet 'dat het is een vriend is die je op je falen wijst'.

Ik wacht op de gezondheidsverklaring van mijn Nederlandse huisarts, om opnieuw het felbegeerde kaartje te kunnen bemachtigen waarmee ik weer officieel ingezetene van Iraaks Koerdistan ben.

Ik ben de strijd inmiddels meer dan beu. Lange wachttijden in drukke en hete slecht georganiseerde burelen. Beledigingen achter je rug: ,,En wat nou als ze aids heeft?''
Alsof ik dan naar Irak zou zijn gekomen en zo hard zou werken als ik nu werk.

De Verenigde Staten heeft de bloedtest bij binnenkomst begin dit jaar afgeschaft. In Koerdistan gelooft men op hoog niveau dat er een samenzwering aan de gang is om het virus door buitenlanders binnen te brengen. Dat het er allang is, sluimert en zich verspreidt, en dat dit over een paar jaar tot een explosie van aids-gevallen zal leiden, dat wil niemand weten.

Ik voel me een roepende in de Iraakse woestijn. Ik kan inmiddels wel wat hulp gebruiken in deze oorlog.

Saturday, July 3, 2010

Voetbal in de bergen van Koerdistan

Bijdrage van Jantine van Herwijnen, operations manager IMCK

In Koerdistan is men in de ban van het WK. Zelfs hoog in de bergen in Ahmed Awa, aan de grens met Iran, is de wedstrijd Nederland-Brazilie te volgen op een kleine TV met gekraak en een vaag beeld. Wanneer Nederland scoort wordt er gejuicht en geschreeuwd en komen er veel mensen kijken wat er aan de hand is.

Op vrijdag trekken hele families de bergen in om de hitte van de stad te ontvluchten. De barbecue gaat mee, de vrouwen dragen hun gekleurde traditionale jurken en dansen tot laat in de avond.

Een groep studenten van het IMCK had vrijdag een bus geregeld om even weg te gaan van de stad en te genieten van de prachtige natuur. Bier, vlees en water mee en dansend en zingend in de bus naar de bergen om te picknicken. Honderden andere mensen hadden hetzelfde idee waardoor op de plaats van bestemming in de hitte gewacht moest worden op vervoer naar de top van de berg waar een rivier voor verkoeling zorgt. In landrovers word je naar boven gereden over zandweggetjes zonder vangrail.

Drie en half uur later zijn we op de plaats van bestemming en begrijpt de groep waarom we zoveel moeite gedaan hebben om hier te komen. Onder de vijgenbomen aan de bron van een rivier, tussen de vele families, is de stad even ver weg.

Ondertussen worden er weddenschappen afgesloten over de wedstijd en wordt er gezocht of er iemand is met een TV. Want in Koerdistan wordt er veel over voetbal gepraat. Restaurants en coffeeshops hebben een groot scherm waar de wedstijden te volgen zijn. Argentinie is voor velen de favoriet maar ook Nederland en Duitsland worden aangemoedigd, vooral door Irakezen die daar een tijd hebben gewoond.

Een groep van 20 mannen zit de wedstrijd te kijken en maakt plaats wanneer ze horen dat ik uit Nederland kom. Alle namen die ze kennen van spelers uit Nederland komen voorbij. Robben is de held. Ook zonder oranje attributen is het duidelijk dat de groep voor Nederland is. Wanneer zij scoren springt de groep op en begint te dansen. Ze zijn er allemaal van overtuigd dat Nederland in de finale tegen Argentinie speelt.

Wanneer we weer beneden zijn, in het bereik van het mobiele network, komen de felicitaties binnen van mijn Iraakse vrienden. Irak speelt niet mee, maar er is een andere club die overduidelijk favoriet is.

Holland Hup in Koerdistan

Opnieuw klopt mijn telefoon. De zoveelste Koerdische vriend feliciteert me. ,,Ik heb niets gedaan hoor'', sms ik terug, met een smiley. ,,Met het Nederlandse team'', komt het volstrekt overbodige antwoord.

Voetbal - er is geen sport zo populair in Iraaks Koerdistan. De verrichtingen van het Nederlands elftal tegen Brazilie zijn overal gevolgd. Tuinen en restaurants - overal staan grote schermen waarop het WK te volgen is. En als ik later in zo'n tuin bij 35 plus graden zit te eten, hoor ik feestvierende Koerden voorbij rijden. Luidruchtig vieren ze de overwinning van Nederland.

Er staat me nog iets te wachten. Vier jaar geleden was iedereen hier ook al fan van het Nederlands elftal. Het hotel waar ik in Erbil logeer verwacht een tractatie van me vanwege de overwinning. Mijn werknemers in Sulaymania hebben de wedstrijd tijdens een uitje in de bergen op een TV met accu gevolgd. Gekte, zonder oranjevlaggetjes. Maar niet minder enthousiast en emotioneel. Holland Hup, ook in Iraaks Koerdistan.